In opvolging van eerder door MVO Nederland gedaan onderzoek naar onverkochte kleding bij retailers is er dit jaar door Hogeschool van Amsterdam, Saxion, Sympany, Circle Economy, Modint en MVO Nederland onderzoek gedaan naar het volume van de Nederlandse kledingberg.
Bedrijven missen kansen om het kledingoverschot van consumenten goed te verwerken
Uit dit onderzoek is gekomen dat de Nederlandse consument gemiddeld 46 nieuwe kledingstukken per jaar koopt. Nederlanders consumeren minder kleding vergeleken met consumenten uit omringende Europese landen, zoals Duitsland, Denemarken en Engeland. Maar dan nog bestaat onze garderobe gemiddeld uit 173 kledingstukken, waarvan we er ongeveer 50 niet gedragen hebben in het afgelopen jaar. 6,5% van alle nieuw geproduceerde kleding blijft achter bij producenten, groothandels en winkeliers. Daar komt nog bovenop dat elke Nederlander jaarlijks 40 kledingstukken weggooit, waarvan 24 stuks bij het huishoudelijk afval terechtkomen en daarmee worden verbrand. Vijf stuks zijn niet geschikt voor hergebruik, deze worden gerecycled. Twee stuks zijn herdraagbaar volgens de consument, maar voldoen niet aan de internationale tweedehands standaarden; en tot slot zijn negen van deze kledingstukken geschikt voor hergebruik.
Bedrijven kunnen inspelen op deze consumentendata
Uit het onderzoeksrapport kunnen we een aantal waardevolle tips halen. Ten eerste helpt het om ‘wardrobe apps’ aan te bieden om consumenten overzicht te geven, alsook bespaart het tijd en kosten. Bovendien kunnen spelers in de retailindustrie hun steentje bijdragen. Hoogwaardige tweedehands winkels en wasservices kunnen bijdragen aan het verminderen van de weerstand om kleding te hergebruiken en fashion retailers kunnen terugnamesystemen en tweedehands secties in hun winkels opnemen. Dit kan het imago van het merk verbeteren op het gebied van duurzaamheid, en bewustwording over kwaliteit creëren bij de inkopers en ontwerpers van het merk. Het aanbieden van gebruikte producten kan ook een extra inkomstenbron zijn en een nieuwe klantengroep naar de winkel leiden.
De containeranalyse liet zien dat er veel arbeid nodig is om kleding voor te bereiden voor recycling. Bewustwording in het demontageproces kan bijdragen aan een beter product ontwerp. Veel creatief werk in de duurzame modewereld is gebaseerd op veronderstellingen. Een analyse van betrouwbare informatie en het testen van creatieve oplossingen is daarom aanbevolen.
Een goed begin is het halve werk
De inzameling van textiel in Nederland kan verbeterd worden door heldere communicatie. Consumenten zijn over het algemeen niet goed geïnformeerd over de bestemming van textiel, dat vaak maar in een willekeurige container wordt gestort. Communicatie uitingen vergelijkbaar met de ‘plastic hero’ campagne zouden kunnen bijdragen aan een hoger inzamelingsvolume. Daarom is een algehele evaluatie over de wijze van textielinzameling is aan te raden. Volgens de interviews brengt de afname in kwaliteit van het ingezamelde textiel de economische duurzaamheid van inzamelaars en sorteerders in gevaar. Meer dan de helft van alle post-consumer textiel gaat namelijk nog steeds bij het huishoudelijk afval.
Het volledige onderzoek teruglezen? Dat kan hieronder.