Salomé Galjaard (Gemeente Amsterdam): “De transitie naar een circulaire economie staat niet los van de politieke, economische en maatschappelijke ontwikkelingen.”
nieuws Circulaire economie 4 februari 2022
Om in 2050 een volledig circulaire economie te hebben moet Nederland in 2030 50 procent minder grondstoffen verbruiken. Dat heeft een enorme impact op banen, opleidingen en de gehele arbeidsmarkt. In de verkenning ‘Toekomstscenario’s: werken in een meer circulaire economie’ schetsten 24 experts 4 mogelijke toekomstscenario’s. Op maandag 7 februari 2022 overhandigt de Goldschmeding Foundation, mede namens MVO Nederland, de verkenning aan de Sociaal-Economische Raad (SER). We spreken deelnemer Salomé Galjaard, strateeg duurzaamheid bij de Gemeente Amsterdam, over de waarde van een multidisciplinaire aanpak voor het opzetten van die toekomstscenario’s.
Wat is het project 'Toekomstscenario's: werken in de circulaire economie'?
Een groep van 24 experts ontwikkelde in een verkenning vier toekomstscenario’s voor de arbeidsmarkt in een circulaire economie. Deze vier scenario’s schetsen een beeld van hoe werken in Nederland er over tien tot vijftien jaar uitziet. De verkenning is samengesteld met medewerking van afgevaardigden uit het bedrijfsleven, onderwijs, overheid, kennisinstellingen en vakbewegingen. Mede mogelijk gemaakt door Goldschmeding Foundation.
Waarom is dit project voor de Gemeente Amsterdam zo interessant?
“We werken aan verschillende duurzame transities, waaronder de circulaire economie. Hiervoor hebben we een onderzoek gedaan naar het effect van ons circulaire beleid op de werkgelegenheid in de toekomst. Zo lieten we TNO (Nederlandse Centrale Organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek) doorrekenen hoe de arbeidsmarkt eruitziet als we dit circulaire beleid van Amsterdam uitvoeren. Neemt de werkgelegenheid toe of juist af? Welke banen vallen wellicht weg en welke zijn juist nodig? Hoe veranderen banen in de toekomst? Deze vragen sluiten perfect aan bij het project over toekomstscenario’s. Ik vind het vooral belangrijk dat mensen niet zomaar hun baan verliezen, maar juist tijdig mee kunnen ontwikkelen van een lineaire naar een circulaire economie. Daarvoor moet je tijdig instrumenten inrichten en zicht hebben op hoe die banen wellicht gaan veranderen.”
“Ik vind het vooral belangrijk dat mensen niet zomaar hun baan verliezen, maar juist tijdig mee kunnen ontwikkelen van een lineaire naar een circulaire economie.”
Salomé Galjaard, strateeg duurzaamheid bij de Gemeente Amsterdam
Wat vind je ervan dat deskundigen vanuit verschillende sectoren deelnamen?
‘‘Om naar een circulaire economie te gaan is een systeemverandering nodig, die onder andere overheid, bedrijfsleven en onderwijs bij elkaar brengt. Niet voor niets zijn afgevaardigden van deze drie partijen bij elkaar gebracht in de werksessies. Dat is van enorme toegevoegde waarde. Iedereen brengt kennis, ervaringen en expertise in. En dan zie je dat het gemeenschappelijke doel – de transitie naar de circulaire economie – voor ieder iets anders betekent. Inzicht in elkaars rol en verantwoordelijkheden zorgt voor begrip. Dat is belangrijk om gezamenlijk een volgende stap te zetten in de transitie naar een circulaire economie.’’
Wat is je bijgebleven uit de werksessies?
‘‘Een circulaire economie is een economie waarin veel verschillende partijen in ketens duurzame hernieuwbare grondstoffen inzetten, producten en grondstoffen hergebruiken en afvalvorming tegengaan. Je kunt dan natuurlijk zeggen: dat betekent minder CO2-uitstoot, minder afval en meer hergebruik. Maar dat is te beperkt en te technocratisch; dat representeert niet de circulaire economie. We werken tenslotte niet in een vacuüm. Je moet ook meebewegen met maatschappelijke ontwikkelingen; binnen Nederland en daarbuiten. Daar heb ik zelf eerder niet zo uitgebreid bij stilgestaan. Dat is het meest waardevolle inzicht dat ik uit deze werksessies heb gehaald.’’
“De transitie naar een circulaire economie staat niet los van de politieke, economische en maatschappelijke ontwikkelingen.”
Salomé Galjaard,
Wat heeft dit project je tot nu toe opgeleverd?
“Het inzicht dat er veel verschillende factoren zijn die de transitie naar de circulaire economie beïnvloeden. We hebben daarom gewerkt aan vier toekomstscenario’s, die overheid, bedrijfsleven en onderwijs kunnen gebruiken om hun beleid vorm te geven. Moeten we bijvoorbeeld lokaal of internationaal materialen uitwisselen? Meer werknemers inzetten of juist digitaliseren? Wat drijft de samenleving en welke invloed heeft dat op de transitie naar een circulaire economie? Stuk voor stuk vragen die je jezelf kan stellen. Je kunt je moeilijk precies voorbereiden op het grote onbekende, maar als je over mogelijke toekomstbeelden hebt nagedacht, zet je al een stap in de goede richting. Deze werksessies waren daarin van grote waarde.’’
Wat zijn de vervolgstappen?
‘Per scenario werken we het mogelijke handelingsperspectief uit, zodat we vervolgens concrete stappen kunnen zetten naar een circulaire manier van werken. Ik wil de handelingsperspectieven dan ook graag aan collega’s meegeven. Dan kunnen alle betrokken partijen – onderwijs, bedrijfsleven en overheid – weer een volgende stap zetten op weg naar de circulaire economie.’’
De Verkenning ‘Toekomstscenario’s: Werken in een meer circulaire economie’ wordt maandag 7 februari overhandigd aan Mariëtte Hamer, voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER) tijdens de Nationale Conferentie Circulaire Economie. Meer weten over de toekomst van onze arbeidsmarkt? Meld je dan aan op donderdag 10 februari en volg de livestream van CIRCL.