Overheid, ga voor tien procent gerecycled textiel in elk kledingstuk
opinie Circulaire economie 16 november 2020
Als je je bedenkt dat de totale uitstoot van broeikasgassen door de textielindustrie 1,2 miljard ton CO2 per jaar is. En dit meer is dan de uitstoot van alle internationale lucht- en zeevaart bij elkaar. Dan is het logisch dat de sector op weg naar de nieuwe economie een tandje moet bijzetten. Hoe het komt dat deze sector zo vervuilend is? Enerzijds door de sterke toename van kledingproductie én -consumptie. Anderzijds de achterblijvende recycling van gebruikt textiel. Ter illustratie: jaarlijks gooien Nederlanders ruim 135 miljoen kilo textiel in de kledingbakken. Van die enorme hoeveelheid wordt slechts 1 procent gerecycled. Zoals je je kunt voorstellen leidt dit tot een enorme afvalberg, ook in Nederland. Een afvalberg die onlangs zichtbaar werd gemaakt in een item bij Nieuwsuur. Dat is schokkend. Er is echter wel wat aan te doen. De belangrijkste verantwoordelijkheid daarvoor ligt bij de Nederlandse overheid.
Laat ik beginnen bij het gescheiden inzamelsysteem van afgedankte kleding via huishoudens. Deze is momenteel niet of nauwelijks kostendekkend uit te voeren, waardoor de prijs van gerecycled textiel veel hoger is dan die van nieuw textiel. Dit heeft tot gevolg dat er ook weinig afzetmogelijkheden zijn voor gerecycled. Bovendien is het textiel dat mensen in de bakken gooien van steeds slechtere kwaliteit – met name doordat ze ook ander afval in de (gratis) textielbakken dumpen. Vocht en viezigheid in de inzamelcontainers maken het textiel zo onbruikbaar.
Het probleem ontstond ooit toen gemeenten begonnen met het aanbesteden van kleding en textiel. Goededoelen-organisaties wilden destijds graag voor de herdraagbare kleding betalen om door te verkopen. Echter, nu de opbrengsten daarvan afnemen ontstaat er een verschil tussen dat wat gemeenten rekenen en de prijs die textiel daadwerkelijk in de keten oplevert. Een belangrijke weeffout in het systeem.
De waarde van gerecycled moet omhoog
Nu loop ik zelf al wat jaartjes mee in de sector en ken de discussie over het inzamelsysteem al tien jaar. We komen nauwelijks verder, omdat je keer op keer hoort dat het genoemde prijsverschil tussen inzamelen en op de markt brengen van gerecyclede vezels niet goed te krijgen is. Een inzamelaar is nu genoodzaakt de helft van de kleding in het Oostblok te verkopen, omdat het daar nog enigszins iets oplevert. De andere – onbruikbare – helft wordt opgeslagen totdat er oplossingen zijn om het materiaal te recyclen. Bij andere partijen gaat er nog van alles naar de verbrandingsoven. Slechts één procent is her te gebruiken in producten als viltplaten. Kortom: de waarde van gerecycled materiaal moet omhoog.
Door dat prijsverschil is het voor textielproducenten nu goedkoper om te werken met nieuwe, virgin materialen. En is er dus geen prikkel om met gerecycled aan de slag te gaan. Gelukkig zetten we op dat vlak wel stappen. We zijn – onder meer met brancheverenigingen en MVO Nederland – een uitgebreide producenten-verantwoordelijkheid (UPV) aan het ontwikkelen zoals voorgesteld in het Beleidsprogramma circulair textiel van de Rijksoverheid, die ervoor moet zorgen dat het produceren van kleding met gerecycled materiaal financieel aantrekkelijker wordt. Hoe deze UPV er precies uit gaat zien is nog niet duidelijk. Wel hebben we uiteindelijk de overheid nodig om er een algemeen bindende verklaring van te maken, zodat alle textielbedrijven in Nederland mee moeten doen.
Hoger tempo
Ik roep de overheid dan ook vooral op om tempo te gaan maken. Het volgende kabinet, dat regeert van 2021-2025, wordt essentieel voor het halen van de circulaire doelstellingen. De overheid verwacht dat voor 2025 al het textiel op de Nederlandse markt voor 25 procent uit duurzame en gerecyclede materialen bestaat. Dat is al heel snel! Ik zou het mooi vinden als er een afvalheffing komt op elk verkocht kledingstuk, vergelijkbaar met die op bijvoorbeeld wasmachines. Met de inkomsten uit de afvalheffing is dan een fonds op te richten voor financiering van recyclinginnovaties, zoals een proeffabriek die op grote schaal gerecyclede vezels kan verzamelen en verwerken tot nieuwe garens.
Daarnaast moet het kabinet textielproducenten verplichten om minimaal tien procent gerecyclede vezels te gebruiken. Daarmee vergroot je de markt én maak je het textiel wat er al ligt aantrekkelijker. Eigenlijk hoeven we hiermee niet te wachten tot het regeerakkoord van het volgende kabinet. 2 december is er een commissiedebat in de Tweede Kamer over circulaire economie. Het beleidsprogramma circulair textiel, waar MVO Nederland eerder op reageerde, staat ook op de agenda.
En er kan al veel meer! De onlangs gelanceerde Denim Deal gaat al uit van twintig procent gerecyled materiaal in spijkerstof. En Mud jeans – onlangs Sustainable retailer van het jaar geworden – doet het al met bijna honderd procent. Het gaat er mij om dat we gewoon beginnen en dat alle merken gaan meedoen met desnoods een instappercentage van tien procent. Het kan al lang, waarom wachten?
Minister van de nieuwe economie
De enige die al dit soort maatregelen echt kan waarmaken? Dat is toch echt het volgende kabinet. Met daarin hopelijk een Minister van de nieuwe economie aan het roer. Iets voor jou? Stel je ook verkiesbaar – het kan nog tot 1 december.