De circulaire economie is namelijk een totaal ander systeem dan de lineaire economie die wij de afgelopen decennia hebben opgebouwd. In een circulaire economie brengen we idealiter zo min mogelijk nieuwe grondstoffen in de economie, maar ontwerpen we producten anders, zodat ze beter gerepareerd en hergebruikt kunnen worden. Het ‘afval’ dat uiteindelijk overblijft, gebruiken we weer als grondstof. Een debat hierover vormt dus een ideaal startpunt om met elkaar te bespreken hoe dat nieuwe economische systeem er dan uit moet zien en welke kaders daarvoor nodig zijn.
Het kabinet ziet de transitie naar een circulaire economie als een belangrijke ontwikkeling. De ambitie dat Nederland in 2050 100 procent circulair moet zijn, is verankerd in het regeerakkoord. De markt en maatschappelijke organisaties delen dit, blijkt uit de vele partijen die sinds januari 2017 het Grondstoffenakkoord hebben onderschreven. Dit debat zou daarom moeten gaan over hoe de circulaire economie (versneld) tot stand komt.
RUIMTE VOOR ONDERNEMERS
Er is nog veel werk te doen. Bespreek daarom als Kamerlid met de betrokken staatssecretaris de meetbaarheid van circulaire economie – die niet gewapend is met de CO2’s en Petajoules van de energietransitie. Neem het veranderende financieel instrumentarium onder de loep, en kijk hoe startende ondernemers meer ruimte kunnen krijgen voor investeringen die ons huidige financiële systeem als ‘risicovol’ bestempeld. Ga in op fiscaliteit, het beprijzen van vervuiling en het verbinden van lokale, regionale en landelijke initiatieven. Op de agenda van het debat stond ook het maatschappelijk verantwoorde inkoopbeleid van de overheid; bespreek hoe je dat zo effectief mogelijk in kan zetten om de vraag naar circulaire producten op te stuwen. Genoeg dus. En dat bleek: voor de ogen van een bomvolle publieke tribune werd in de geplande vier uur (!) alleen de eerste termijn afgerond.
PRAAT MINDER OVER ZWERFVUIL…
De trieste werkelijkheid is dat in die tijd 90 procent van het debat gaat over zwerfvuil en de uitbreiding van statiegeld op flesjes dan wel blikjes. Dat zijn vanzelfsprekend belangrijke zaken voor onze leefomgeving en onze natuur, die de samenleving bezighouden en voor politieke zichtbaarheid zorgen. Maar dat is slechts een fractie van de circulaire economie. Zowel qua grondstoffen als qua economisch potentieel, is dit domein vele malen groter. Daar komt bij dat zwerfvuil en statiegeld – wat je er ook van vindt – vooral een ‘end-of-pipe’-discussie is.
… EN MEER OVER VERBINDING
De kern van dit onderwerp zou de verbinding tussen circulair en economie moeten zijn. Er liggen serieuze kansen voor het oprapen, zowel op het gebied van klimaat als op het gebied van gezonde financiële resultaten. Het zou Tweede Kamerleden sterken als ze dáár het gesprek over zouden voeren, met een goede verdeling van tijd en aandacht over sectoren, over vraagstukken over de gehele keten van begin tot eind, en met oog voor de knoppen waaraan de overheid kan draaien om echt verschil te maken.
Koplopende ondernemers werken keihard aan dit nieuwe economische systeem. Zo bezien is statiegeld een minuscuul onderdeel. De discussies, voorbeelden en keuzes waardoor Nederland wereldkampioen circulaire economie kan worden, worden in de marge genoemd. Daarmee missen we niet alleen kansen, we hebben er ook de tijd niet voor.
Michel Schuurman
directeur Economie & Politiek
MVO Nederland / De Groene Zaak