5 kritische vragen aan Rob van Tilburg, directeur Programma’s bij Natuur en Milieu

Bij elk van onze 7 thema’s vragen wij een expert een aantal kritische, misschien zelfs wat ongemakkelijke vragen. Vragen die veel ondernemers ook hebben voordat ze aan de slag gaan met het betreffende thema. Deze keer: Rob van Tilburg, directeur Programma’s bij Natuur & Milieu.

1. Dat er hier en daar een insect of andere diersoort verdwijnt is toch niet zo erg? Daar merk je in het dagelijks leven niets van.

“Het lijkt misschien alsof je er niet veel van merkt wanneer een diersoort uitsterft. Maar biodiversiteit is een complex, samenhangend systeem. Je kunt die ene soort of exoot er niet ‘uithalen’ zonder dat dat effect heeft op de rest van het ecosysteem. Uiteindelijk gaat iedereen de gevolgen ervan ondervinden. Afgelopen jaar werd bekend dat er een ongekende afname van maar liefst 75 procent van het aantal insecten heeft plaatsgevonden. Los van onze intrinsieke verantwoordelijkheid om natuur te beschermen, ontstaan hierdoor grote bestuivingsproblemen in de landbouw. Fruit, groenten, koffie en chocola: al deze producten hebben we te danken aan bestuivende insecten. Maar in de Betuwe zijn bijvoorbeeld al veel minder bijen en andere, voor de bestuiving van fruit belangrijke insecten. Als deze helemaal verdwijnen, hebben de boeren daar geen oogst meer. En wij dus geen fruit.”

2. Maar moeten we ons niet veel drukker maken om klimaatverandering?

“Helaas kunnen we ons de luxe van of/of niet permitteren. Klimaatverandering en de afname van de biodiversiteit zijn beide zeer urgente vraagstukken, die ook nog eens nauw met elkaar samenhangen. Verdroging van gebieden als gevolg van klimaatverandering leidt bijvoorbeeld tot bedreiging van plant- en diersoorten die daar leven. Door klimaatverandering worden ook onze zomers steeds heter. Voldoende begroeiing in de stad – stadsgroen, tuinen en dakbegroeiing – zorgt voor verkoeling. Dus andersom geldt ook: dankzij het groen blijven onze steden leefbaar.”

3. Oké, dan hang ik een insectenhotel aan de gevel van mijn bedrijfspand. Dat is toch een druppel op een gloeiende plaat?

“Er zijn verschillende manieren waarop je als ondernemer kunt bijdragen aan de biodiversiteit. Allereerst is het belangrijk te kijken naar waar jouw kernactiviteiten raken aan biodiversiteit. In sommige sectoren – zoals de agrifood en bosbouw – ligt dat meer voor de hand dan in andere, maar bijvoorbeeld ook veel productiebedrijven beïnvloeden de biodiversiteit. Aan het begin van de keten onttrek je immers grondstoffen aan de aarde, wat het ecosysteem daar verandert. En ook de bewerking en het transport van de grondstoffen en producten kunnen de biodiversiteit beïnvloeden.”

Daarnaast kun je als ondernemer kritisch kijken naar je bedrijfspand of -terrein. Er zijn voorbeelden van hoe je bedrijfsterreinen met een maximale bijdrage aan de natuur – zogenoemd ‘natuurinclusief’ of ‘natuuroptimaal’ – kunt inrichten. Goed voor de biodiversiteit én voor de mensen die er werken. Het industrieterrein Moerdijk werkt met vlinderstroken en ecologisch maaibeheer om de kwetsbare omliggende natuur te versterken. Of denk aan het Park2020 in de Haarlemmermeer. Zo zijn er veel mooie voorbeelden! Waarom zou je het eigenlijk niét doen?”

4. Maar er bestaat toch geen business case voor biodiversiteit?

“De bedrijfsindividuele business case voor biodiversiteit is soms lastig, maar de collectieve business case is er zeker. Ook hier geldt dat het per sector verschilt. Het productief vermogen van de bodem voor de boer is direct evident; natuurgeoriënteerd beheer voorkomt uitputting. Wat de woning- en utiliteitsbouw betreft: gebouwen die in harmonie met de natur zijn gebouwd, worden hoger gewaardeerd door de markt. En denk ook aan de bewezen extra productiviteit en minder ziekteverzuim in groen ingerichte kantoren. Loop maar eens rond in het nieuwe, natuurinclusieve hoofdkantoor van Triodos en je voelt het direct.”

5. Is het niet veel effectiever om bedrijven gewoon wettelijk te verplichten om te werken aan biodiversiteit?

“Jazeker, want dat helpt echt! Zo’n belangrijk onderwerp mag niet afhankelijk zijn van alleen de goede bedoelingen van enkele ondernemers. Wel vinden wij dat bedrijven natuurlijk ook een intrinsieke verantwoordelijkheid hebben om de natuur te beschermen. Daarnaast zou het goed zijn om biodiversiteitseisen op te nemen in het bouwbesluit en de omgevingswetkaders. Vergelijk het met het thema mensenrechten: daar heb je een heel systeem voor, het Ruggie Framework, en due diligence-richtlijnen waar bedrijven zich aan moeten houden. Voor het thema klimaat is inmiddels jurisprudentie, denk aan de Urgenda-zaak. Voor biodiversiteit is dit onderontwikkeld. Dus wil je als ondernemer bijdragen aan de biodiversiteit maar weet je niet hoe? Pleit dan openlijk voor wettelijke kaders. Pas dan krijgen initiatieven met een positieve invloed op de biodiversiteit voldoende schaalgrootte.”

 

Meer over biodiversiteit

Benieuwd naar alle events, projecten, succesverhalen en meer op het gebied van dit thema? Klik dan op de onderstaande knop.

Terug naar overzicht